Aanleiding voor dit artikel is het gelijknamige stukje in het AD van 19 augustus:
‘Ouder worden valt een beetje tegen’
waarin schrijver Maarten ’t Hart wordt geïnterviewd naar aanleiding van zijn pas verschenen nieuwe boek: ‘De wereld van Maarten ’t Hart’.
Het AD-artikel intrigeerde me.
Hoewel ik Maarten ’t Hart nooit zo hoog had staan in mijn ‘favoriete schrijvers lijst’ (heb ik die eigenlijk wel?), lees ik in dit artikel een soort van parallel met mijn eigen leven.
De uitspraak ‘Ouder worden valt een beetje tegen’ zou ik bijna zelf gezegd kunnen hebben.
Hoewel ik natuurlijk nog lang geen 72 ben, maar ik me door alles wat me is overkomen en met mijn nieuwe aandoeningen soms wel eens zo voel…
Als ik Maarten zijn leven een beetje analyseer, zie ik overeenkomsten in de manier waarop hij opgroeide.
Niet dat ik stam uit een zwaar gereformeerd gezin of zo; het geloof was niet zo aanwezig, hoewel ik wel naar christelijke scholen ben gegaan. Maar mijn ouders waren nooit ‘kerks’.
En ze lieten het geheel aan mij over wat ik ermee zou willen doen. Of niet.
Maar op een of andere manier heb ik wel altijd in een soort cocon geleefd, waarin ik me zeker vanaf mijn puberteit niet echt thuis voelde.
Daarnaast heb ik ook zo ongeveer mijn eigen gedachtegoed al vrij snel ontwikkeld waardoor ik een soort einzelgänger of beter alleengaander werd.
Ondanks de vele mensen waarmee ik tijdens mijn werk en radiotijd mee te maken had, voelde ik me altijd het meest op mijn gemak in mijn eigen kleine huisje met mijn eigen liefhebberijen.
Maarten schijnt daar ook een houtje van te hebben…
Hoewel hij door zijn gegroeide beroemdheid jarenlang verplicht was in het openbaar te verschijnen, lezingen te geven en boeken te signeren, is hij blij dat hij daar nu al jaren vanaf is.
Maar met het verstrijken der jaren en het groeien van wat gezondheidsperikelen, zijn de mogelijkheden die hij vroeger had geslonken.
Geen moestuin meer onderhouden maar simpelweg boodschappen doen.
Zo zien zijn dagen er vrijwel allemaal hetzelfde uit en dat is voor mij op dit moment eigenlijk exact hetzelfde.
Terwijl ik nog maar 56 ben…
Officieel zou ik nog moeten werken tot mijn 67e.
Poehee… da’s nog 11 jaar!
In de afgelopen 4 jaar dat ik in eerste instantie enthousiast begon te solliciteren, heb ik de moed voor een nieuwe leuke baan verloren.
Ik zie de arbeidsmarkt en ik denk persoonlijk dat ik daar niet meer in pas.
Door de vele gebeurtenissen en depressies kan ik niet goed meer dat ‘keurslijf’ in waar ik het grootste deel van mijn leven in heb gezeten.
Ik zou binnen korte tijd doodnerveus worden en misschien wel agressief…
Als ik voor die tijd al niet ben ingestort.
Flexibel in het doen van taken die me niet boeien ben ik al lang niet meer.
Maar wat boeit me dan wel?
In mijn vorige artikel schreef ik al over mijn ‘vat vol tegenstellingen’.
Laat me lekker praten met mensen, mogelijkerwijs als een soort van ervaringsdeskundige, over onderwerpen die me aan het hart gaan.
Of laat me schrijven!
Dat doe ik al, maar dan mezelf daar meer op toeleggen.
Helaas heb ik – in tegenstelling tot Maarten – ooit de ‘foute’ keuze gemaakt me niet op schrijven toe te leggen, hoewel enkele leraren op de middelbare school me wel die tip gaven…
Maar ik koos voor een soort van ‘zekerheid’ door eerst een foute vervolg opleiding te kiezen en daarna maar gewoon een ‘baantje’ te zoeken.
Want een mens moet toch geld verdienen…
En als schrijver weet je het nooit en beland je misschien wel in de bak van armoedzaaiers…
Mijn hart heb ik jarenlang uitgeschakeld.
Het gaat om een ‘normaal, degelijk’ bestaan.
Inclusief gezin. Huisje, boompje beestje.
Zie waartoe dat heeft geleid…
Een onzekere zekerheid. Daar heb ik altijd voor gekozen.
Nu is er geen weg meer terug.
En uiteraard kan ik nog altijd schrijven… Dat doe ik nu ook!
Maar of de Sociale Dienst me daarom met rust zal laten straks en me lekker mijn bijstandsuitkering gaat uitbetalen zonder dat ik zal moeten gaan solliciteren zal zwaar te betwijfelen zijn.
Nee, zoals Maarten zijn dagen geteld lijken te zijn en hij rustig kan teren op ruim voldoende vermogen door zijn grote successen met boekenverkoop en hij bij niet verslechterende gezondheid kan blijven schrijven tot zijn dood, zo moet ik maar bezien hoe de dag van morgen gaat verlopen.
Nu nog zijn onze beide situaties bijna gelijk: elke dag is hetzelfde.
Koester dat Maarten!
Samen met je vrouw waarmee je toch met een zeker plezier al 50 jaar getrouwd bent!
Ik ga alleen verder zoeken naar het ‘doel’ in mijn leven.
Want dat heb ik nog altijd niet gevonden…
En dan hoop ik dat ik daar nog voldoende tijd voor krijg.
Want dat weet je ook maar nooit.
Ouder worden valt een beetje tegen.
Vooral als je tijd tekort dreigt te komen…