door: John van de Rest
Geschreven op 19 juni 2013
Meteen heb ik nu een liedje in mijn hoofd als ik de bovenstaande 2 woorden typ:
“Hoe sterk is de eenzame fietser” (Officieel “Jimmy”)… Van Boudewijn de Groot.
Ik heb het wat gezongen. Vaak in stilte in mijn hoofd maar het was altijd sterk aanwezig.
Want hoe waar is de strekking van het verhaal.
Vrijwel altijd vechtend met tegenslagen, teleurstellingen, tegenwind. Letterlijk en figuurlijk.
Hoe sterk kan je zijn om het toch vol te houden.
Of misschien moet ik het anders zeggen:
Hoe zwak kan je worden om te stoppen met vechten.
Want dat is het punt waarop ik momenteel sta.
Beslis ik om door te gaan en opnieuw de strijd aan te gaan?
Of heb ik er genoeg van en vind ik het tijd geworden om bij de pakken neer te gaan zitten?
Een zeer zware beslissing.
Zowel in kennis en kunde heb ik mijn beste tijd wel zo’n beetje gehad.
Fysiek moet ik moeite doen om soepel te blijven en conditie te bewaren.
Mentaal loop ik achter op het gebied van de brede kennis en als ik een nieuwe leeftijdsadequate baan zou willen vinden die me ook nog eens kan boeien, dan zou ik een flinke stapel cursussen moeten gaan volgen. Zonder enige garantie natuurlijk want ik ben beslist niet de enige zoekende en er zijn genoeg onderlegde lotgenoten die ook niet of moeilijk aan een nieuwe baan komen.
Dan kan ik er dus voor kiezen me uitsluitend nog bezig te houden met mijn latente kennis en kunde.
Maar wat kan ik daar nog mee?
Goed, ik kan schrijven. U ziet het…
Daarnaast kan ik praten. Soms hoort U mij op zondagavond.
Of U hoort mij wanneer U wat dichter in mijn buurt verkeert.
Wat kan ik daarmee?
Steeds als ik iets heb geschreven en ik er mensen op attendeer die mij nog niet zo goed kennen, dan vinden ze dat ik me daarin moet specialiseren. Dat kan ik goed en waarom
ga ik niet aankloppen bij uitgevers of zo.
Helaas begrijpen die mensen allemaal niet hoe klein het schrijverswereldje is.
Iedereen kan en mag schrijven.
Enkele gelukkigen krijgen de aandacht en verkopen boeken.
Maar een columnist verkoopt alleen woorden.
Op freelance basis krijgt die de woordjes soms betaald, vaker echter niet.
Vaker ben je min of meer in de belangstelling.
Hoe zeer ik die belangstelling niet zou schuwen, moet ik toch iets meer kunnen bereiken om daar een gezinnetje mee te kunnen voeden.
En dan mijn babbel.
Dubieus of ik daar iets mee kan bereiken buiten mijn belevingswereld om.
Er zijn meer snelle babbelaars dan er zinnige woorden zijn om uit te spreken.
Soms kan ik dat goed maar onder druk en in onbekend gezelschap sta ik geregeld met een mond vol tanden in plaats van woorden.
Die handicap heb ik heel mijn leven al.
Misschien zou ik dit kunnen verbeteren en juist door de (levens-) ervaring over die drempel heen kunnen stappen.
Maar dan nog ben ik een van de vele babbelaars.
En wie ziet mij dan staan?
Het ligt niet in mijn aard om op een voetstuk te gaan staan, hoe belangrijk het ook is wat ik zou willen zeggen.
Wat kan ik nog.
Voorlopig heb ik me voorgenomen om met de dag te leven.
Simpel elke dag weer zien wat er op me af komt.
Niets te ver vooruit plannen en gebruik maken van mogelijke onverwachte gelegenheden.
Probleem is dan wel dat ik me financieel vrijwel niets kan veroorloven.
Maandelijks worstel ik met de “normale” vaste kosten en hoop ik niet weer in grote problemen te komen en er te grote achterstanden ontstaan.
Ook deze situatie verlamt me voor een groot deel.
Het risico is te groot dat ik in nog grotere problemen kom en ook hierdoor durf ik vrijwel niets te ondernemen.
Maar verder… Wat geen geld kost probeer ik te doen.
Kleine klusjes in en rondom huis en veel achterstallig opruimwerk.
Niet altijd leuk maar als je er eenmaal mee bezig bent en achteraf ziet dat er iets is verbeterd dan geeft dit weer nieuwe moed.
En zo fiets ik door.
Eenzaam… Maar niet alleen en niet zonder doel.
Sterk blijven is het devies.