door: John van de Rest
Geschreven op 15 april 1999
Ofwel, hoe gaan we om met de DOOD in ons leven?
Al een jaar denk ik aan het schrijven van een artikel over de dood en steeds komt het er niet van. Het is ook niet zo’n dagelijks onderwerp en in onze cultuur denken we al snel aan iets ‘engs’ of iets ‘dramatisch’. En dat terwijl dood gaan even ‘natuurlijk’ is als geboren worden.
Ruim twee jaar geleden werd ik min of meer met gedachten aan de dood geconfronteerd omdat mijn oma zo ziek was dat wij dachten dat het wel snel voorbij zou zijn… Ze was toen 89 jaar. Nu is ze 91 … en het gaat heel goed! Een beetje vergeetachtig misschien, maar dat kan gebeuren bij die leeftijd. Niets van ‘dood gaan’ dus gelukkig.
(Moment van schrijven: 1999. Nu – het jaar 2003 – is mijn oma 95 jaar maar zodanig verzwakt dat we vermoeden haar niet lang meer bij ons te hebben!)
Wel heb ik er dus best wel veel over nagedacht. Want het verbaast me keer op keer dat er zo’n negatieve klank over het begrip dood gaan ligt. Niet alleen in de nederlandse cultuur maar in heel veel landen wordt er zwaar gerouwd als er iemand overlijdt. Soms zelfs gaat men zo ver dat de overblijvende partner voor de rest van het leven in zwart gekleed blijft! Dan moet dit ‘dood gaan’ toch wel een drama zijn zonder enig hoopgevend gegeven.
Ook de westerse religies beschouwen ‘dood gaan’ niet als een vrolijke gebeurtenis. Hoewel Christenen veelal overtuigd zijn van de ‘hemelvaart’ wanneer men een goed gelovig mens was, blijft het ‘dood gaan’ omgeven door zwarte doodgravers, treurige muziek, troostende dominees, Godvrezende teksten op de steen en meer ‘negatief’ ogende manifestaties van het omgaan met de dood.
Wie waarheden uit de oosterse culturen bekijkt, ziet vaak een meer logische benadering van de dood. Of het nu Hindoes, Boeddhisten of andere religieuzen betreft; ze zien de dood vaak als iets heel normaals en gaan er vaak heel onbevangen mee om. Soms omgeven door al dan niet religieuze rituelen maar wel vaak vergezeld van zang of dans.
Oosterse religies hebben vaak de overtuiging van de reïncarnatie van de ziel. Ofwel: de dood betekent slechts de afsluiting van een leerperiode en de ziel gaat binnenkort verder naar de volgende. Hierdoor onstaat er een groei naar een HOGER bewustzijn. De dood is hier vaak iets positiefs. Een BLIJDE gebeurtenis, net als de geboorte van een kind!
Deze laatste benadering nu lijkt me dichter bij de menselijke waarheid liggen.
Hoe je het ook bekijkt; vanuit Christelijk dan wel ‘oosters’ oogpunt bekeken: de ziel (of zo je wilt – de GEEST) gaat naar een hogere werkelijkheid. Of het nu de HEMEL is of gewoon een HOGER BEWUSTZIJN; het is een vooruitgang. En ook al gaat de ziel naar de ‘hel’ of moet er een volgend leven aan te pas komen om al het negatieve KARMA kwijt te raken, de bedoeling is gelijksoortig: er wordt iets van geleerd en men krijgt de KANS te beseffen wat ‘God’ met ons voor heeft. Wederom iets POSITIEFS dus!
Waarom dan toch al dat geweeklaag, al dat zwartgallig gedoe?
Waarom BANG zijn voor de dood?
Verliezen we hier niet onnodig energie mee terwijl we beter zouden kunnen bedenken hoe we ons leven NU zo goed mogelijk kunnen ‘BE-leven’ om na onze dood werkelijk naar een HOGERE werkelijkheid te kunnen gaan?
Integendeel; omdat wij zo’n grote afstand nemen van de dood – we willen er eigenlijk niets van weten totdat we met ziekte of dood in onze omgeving geconfronteerd worden; en later vergeten we dit weer als alles goed gaat – heeft ons leven lang niet zo grote betekenis als wat wij eraan geven. In plaats van in te zien dat het leven niet meer is dan een VOORBEREIDEN op de DOOD en dus op een hogere werkelijkheid nemen we afstand hiervan en zien we de dood als een noodzakelijk kwaad. Ons leven heeft hierdoor eigenlijk niet zo veel betekenis…
Het Tibetaanse boek van leven en sterven.
Het Tibetaans Boeddhisme geeft juist extra religieuze aandacht aan het proces van dood gaan door middel van het “Tibetaanse Dodenboek”.
De hedendaagse Tibetaanse leraar Sogyal Rinpoche heeft dit boek ‘vertaald’ in moderne zinsneden en uitleg gegeven aan de betekenis ervan. Het is een lijvig boekwerk maar heel prettig leesbaar en door het gebruik van vele komische zinsneden en verhalen uit zijn leerperiode is het bijna vermakelijk. Maar vergeet niet waar het eigenlijk om gaat:
Het belang van een serieuze voorbereiding op onze dood!
Hoe bizar het in onze cultuur ook lijkt; het is een heel natuurlijk proces.
Geboorte – Leven – Dood
Onverbrekelijk met elkaar verbonden. Het leven mag dus NOOIT als enig hoogtepunt worden beschouwd en als enig zinvol doel van ons bestaan.
Alle westerse ambities ten spijt moet ik hieruit concluderen dat de nadruk hier wederom te veel ligt op de inhoud van ons LEVEN. Wie te veel met andere werkelijkheden bezig is wordt vaak beschouwd als ‘niet inpasbaar’ in het ‘normale’ leven.
WIE is hier eigenlijk ‘normaal’???
Pingback: Seksueel misbruik en religie | De Rest van het Avontuur